overheid

Beslaglegging belastingdienst

 De Belastingdienst kan overgaan tot beslaglegging op uw loon, uitkering en eigendommen. Beslaglegging door de belastingdienst is in beginsel te voorkomen. U moet blijven communiceren met de Belastingdienst. Bent u het niet eens met uw belastingaanslag, maak dan bezwaar tegen de aanslag en vraag uitstel van betaling op grond van betalingsonmacht. Tevens kunt u een verzoek indienen bij de belastingdienst om een betalingsregeling te treffen. Heeft u zelf nog vorderingen op de Belastingdienst, zoals teruggave inkomstenbelasting, dan kan dit verrekend worden met de belastingschuld. De beslissing tot verrekening door de Belastingdienst, is een bestuursrechtelijk besluit, waartegen u bezwaar kunt maken. Als er meerdere geschillen zijn, dan is het raadzaam om de Belastingdienst te vragen om middels een mediationtraject uw problemen op te lossen.

Heeft de Belastingdienst inmiddels een dwangbevel voor de belastingaanslag uitgevaardigd en betaalt u uw belastingschuld na de ontvangst van het dwangbevel niet binnen twee dagen, dan kan de Belastingdienst tot beslaglegging overgaan. De Belastingdienst kan beslag leggen op uw inboedel. Er wordt dan door de belastingdeurwaarder een proces-verbaal van beslaglegging opgemaakt waarin staat vermeld op welke zaken beslag gelegd is. Ligt er beslag op uw inboedel, dan mag u die niet verkopen, vervreemden of beschadigen. De deurwaarder mag geen beslag leggen op beddengoed, kleding en een maandvoorraad eten en drinken. Met het proces-verbaal van beslaglegging kan de Belastingdienst uw eigendommen verkopen. Met de opbrengst van de verkoop van uw eigendommen wordt uw belastingschuld betaald en de kosten van het beslag en de executoriale verkoop.

De Belastingdienst kan eveneens beslag leggen op uw loon of uitkering. De Belastingdienst doet dit via uw werkgever of uitkeringsinstantie. Uw werkgever of uitkeringsinstantie is na beslaglegging verplicht om maandelijks het bedrag over te maken aan de Belastingdienst dat boven de voor u geldende wettelijke beslagvrije voet ligt. Ligt er al beslag op uw loon of uitkering, dan moet de Belastingdienst ook rekening houden met uw beslagvrije voet. De beslagvrije voet is het minimumbedrag waarop u recht heeft om in uw levensonderhoud te kunnen voorzien. Heeft de Belastingdienst uw beslagvrije voet te laag vastgesteld, dan kunt u via het formulier op de website van de Belastingdienst opgave doen van uw persoonlijke situatie en uw inkomsten en uitgaven invullen en opsturen aan de Belastingdienst. U kunt op de website van de Belastingdienst uw beslagvrije voet zelf berekenen. Indien de Belastingdienst weigert om de beslagvrije aan te passen, dan kunt u tegen deze afwijzing van de Belastingdienst bezwaar maken. De Algemene wet bestuursrecht is van toepassing.

Een beslaglegging door de belastingdienst ongedaan maken is niet eenvoudig. De makkelijkste manier is om het bedrag te betalen; dit moet u doen vóór de dag van de openbare verkoop van de in beslag genomen goederen. Kunt u het bedrag niet ineens betalen, dan kunt u proberen een betalingsregeling te treffen met de deurwaarder. De deurwaarder is niet verplicht akkoord te gaan met uw betalingsvoorstel. In het algemeen gaat de belastingdeurwaarder alleen akkoord met uitstel van de openbare verkoop wanneer u een groot deel van de belastingschuld ineens betaalt, vóór de datum van de executieverkoop.

De Belastingdienst brengt extra kosten in rekening voor het dwangbevel. Deze kosten moet u betalen boven op uw belastingschuld, aanmaningskosten en invorderingsrente. Als u het niet eens bent met de kosten van het dwangbevel, dan kunt u een bezwaarschrift indienen tegen de kosten bij de Belastingdienst. Tegen de tenuitvoerlegging en tegen het dwangbevel zelf kunt u geen bezwaar meer maken. U moet dan een verzetprocedure bij de rechtbank opstarten waarvoor u een advocaat nodig heeft.

zakelijk

Heeft u problemen met de Belastingdienst? of dreigt er een beslaglegging neem dan contact op met Sociaal Verhaal.