Deurwaarders verdienden onterecht aan robotrechter e-Court
Deurwaarders hebben vorig jaar zeker twee miljoen euro te veel kosten in rekening gebracht bij mensen die zij opriepen voor e-Court, een private digirechtbank waar voornamelijk zorgverzekeraars incassozaken afhandelen. Deurwaarders hadden deze kosten nooit in rekening mogen brengen, schrijft minister van Rechtsbescherming Sander Dekker in antwoord op Kamervragen. Vorig jaar werden zeker twintigduizend mensen voor e-Court gedaagd. Deurwaarders zoals GGN en LAVG brachten voor elke zaak 101 euro in rekening, in totaal zeker twee miljoen euro.
De antwoorden van de minister zijn een reactie op onderzoek van platform voor onderzoeksjournalistiek Investico in samenwerking met Nieuwsuur en De Groene Amsterdammer naar ‘robotrechter’ e-Court. Uit dat onderzoek bleek dat het bedrijf handelt in strijd met het EU-consumentenrecht en het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. Schuldenaren werden soms buiten hun weten voor de robotrechter gedaagd, die volautomatisch uitspraken deed. De Raad voor de Rechtspraak noemde e-Court een ‘groot, ontransparant zwart gat’.
Een deurwaarder mag enkel kosten in rekening brengen als hij een wettelijke taak uitvoert. De minister concludeert in zijn brief aan de Kamer dat het oproepen van schuldenaren voor e-Court geen wettelijke deurwaarderstaak is. ‘Deurwaarders mogen voor deze oproeping geen kosten bij de debiteur in rekening brengen’, schrijft Dekker. Hij heeft hierover contact opgenomen met KBvG, de branchevereniging van deurwaarders.
Sinds de publicaties in De Groene Amsterdammer en uitzendingen van Nieuwsuur afgelopen januari ligt e-Court volledig stil. e-Court neemt geen zaken meer aan sinds de rechtbank Overijssel liet weten de kwestie-e-Court te willen voorleggen aan de Hoge Raad. De rechters wilden twijfel wegnemen over de vraag of zij e-Court-vonnissen inhoudelijk moeten toetsen alvorens er een stempel van goedkeuring op te zetten. Zo ver kwam het niet: het bedrijf trok alle lopende verzoeken om stempels in, waardoor de Overijsselse rechters nu geen dossiers meer hebben om vragen over te stellen. Sindsdien bevinden de rechtbanken en e-Court zich in een patstelling.
In de beantwoording van de Kamervragen maakt de minister nu korte metten met het verdienmodel van e-Court. Het bedrijf velt vonnissen op volautomatische wijze, maar dat is volgens de VVD-bewindsman in strijd met de wet. Een algoritme, computer of robot mag geen beslissingen nemen met ‘ingrijpende rechtsgevolgen’. Bij iedere beslissing moet een mens betrokken zijn. ‘Een vonnis heeft vaak ingrijpende rechtsgevolgen en de specifieke situatie van procesdeelnemer(s) vraagt een specifieke beoordeling’, concludeert de minister. Baron Ruud van Hövell laat namens e-Court weten ‘vluchtig kennis te hebben genomen’ van de brief van de minister en verder geen commentaar te hebben.
Met name voor deurwaarderskantoor GGN, ‘huisdeurwaarder’ van e-Court en tot nu toe een van de grootste pleitbezorgers van de digitale rechtbank, zal het standpunt van de minister grote gevolgen hebben. GGN was niet bereikbaar voor commentaar. De deurwaarder benadrukte in eerdere interviews en in advertenties dat ‘wanbetalers beter af zijn bij e-Court’, omdat volgens de deurwaarders e-Courts court fee van 85 euro (exclusief btw) een stuk goedkoper is dan de 450 euro aan griffierechten die een schuldenaar moet betalen bij een echte rechtbank. Nu blijkt uit de brief van de minister dat GGN lange tijd veel te veel geld in rekening heeft gebracht.
Bron: De Groene Amsterdammer, door Karlijn Kuijpers, Thomas Muntz en Tim Staal
17 april 2018