Sociaal Verhaal voor bewindvoerders
De vrijwilligers van Sociaal Verhaal kunnen bewindvoerders en andere schuldhulpverleners van gratis juridisch advies voorzien met betrekking tot spoedeisende juridische kwesties die bewindvoerders niet zelf kunnen oplossen.
Ook het inschakelen van een gratis advocaat of andere hulpverleners zoals een mediator bij een geschil met een overheidsinstantie of een belastingadviseur, kan voor een bewindvoerder of schuldhulpverlener worden geregeld. Voorwaarde is dat de betreffende cliënt van de bewindvoerder of schuldhulpverlener tot de doelgroep van Sociaal Verhaal behoort. Er moet voorts een noodzaak tot rechtshulp in spoedeisende en ingrijpende gevallen zijn die door de reguliere bewindvoering of schuldhulpverlening niet kan worden opgelost. U dient daarbij te denken aan huisuitzettingen, verwijdering van energiemeters uit de woning, stopzetting / inhouding / verrekening van uitkeringen, beslagleggingen. Vaak komt hierbij de bewindvoering of schuldhulpverlening in gevaar.
Het is onze ervaring dat bewindvoerders en reguliere schuldhulpverleners niet altijd de juridische gevolgen overzien van brieven en ambtelijke stukken van gemeenten, het UWV, deurwaarders en rechtbanken. Zoals dagvaardingen, vonnissen en beslagexploten. Indien niet adequaat wordt gereageerd op deze stukken, dan kan het zijn dat er beslag op de uitkering van de cliënt wordt gelegd, of dat de woning wordt ontruimd. Het is zaak voor bewindvoerders en schuldhulpverleners om aanstonds na de ontvangst van het juridisch stuk actie te ondernemen naar de rechtbank of de deurwaarder. Neem bij twijfel direct contact op met Sociaal Verhaal. Wij kunnen de bewindvoerder en schuldhulpverlener adviseren welke actie er moet worden ondernomen naar het deurwaarderskantoor, de gemeente, het UWV of andere instanties.
Rechtshulp aan bewindvoerders
Sociaal Verhaal kan op de volgende gebieden rechtshulp aan bewindvoerders verlenen;
- Dagvaarding deurwaarder
- Dreigende woningontruiming
- Beslaglegging inboedel deurwaarder
- Gijzeling door het CJIB
- Afsluiting levering energie/gas/water elektriciteit
- Inhouding of verrekening door uitkeringsinstanties zoals de gemeente en het UWV
- Beslaglegging deurwaarder op uitkering
- Voorlopige voorziening aanvragen bij stopzetting, afwijzing of korting uitkering
- Bezwaar en beroep bij stopzetting, korting of afwijzing uitkering
- Indienen verzoekschrift aanvraag moratorium of voorlopige voorziening
Dagvaarding deurwaarder bewindvoerder
Heeft u als bewindvoerder een dagvaarding ontvangen en wilt u weten wat nu? Bel Sociaal Verhaal voor hulp. Wij helpen bewindvoerders van cliënten met laag inkomen gratis bij dagvaarding. Wanneer u als bewindvoerder niet, of niet op de juiste wijze op een dagvaarding reageert, dan kan dit vervelende gevolgen hebben. In de eerste plaats zadelt u uw cliënt of de boedel met extra proceskosten op. Ten tweede kan het zo zijn dat in de dagvaarding niet alleen betaling van een geldsom wordt gevorderd, maar tevens woningontruiming, of afsluiting van de energie of het water in de woning. De bewindvoering kan in gevaar komen als uw cliënt uit zijn woning wordt gezet en geen vast inschrijfadres heeft. Neem daarom direct met ons contact op als u een dagvaarding heeft ontvangen. Wij helpen u of uw cliënt om op de juiste wijze verweer te voeren tegen de dagvaarding. In de meeste gevallen kunnen we er voor zorgen dat tenminste een deel van de vordering door de rechtbank wordt afgewezen. Als de deurwaarder er mee bekend is dat er een bewindvoerder is aangesteld, dan wordt de bewindvoerder zelf gedagvaard in de hoedanigheid van bewindvoerder van de cliënt. De dagvaarding wordt dan op het kantooradres van de bewindvoerder betekend door de deurwaarder. Van belang is dat u deze dagvaarding tijdig aan Sociaal Verhaal mailt, zodat wij met u kunnen bespreken welke stappen er genomen moeten worden. In situaties dat de gerechtsdeurwaarder niet bekend is met het feit dat er een bewindvoerder door de rechtbank is aangesteld, dan wordt de cliënt op zijn woonadres door de deurwaarder gedagvaard. Als bewindvoerder heeft u hier geen zicht op. U dient dus uw cliënten de instructie te geven om gerechtelijke stukken en deurwaardersexploten die zij thuis ontvangen, altijd en tijdig aan u af te geven. In elke dagvaarding is de zittingsdatum waartegen gedagvaard is, als een fatale termijn aan te merken. Reageert u niet, of verschijnt u niet op de in de dagvaarding vermelde zittingsdatum, dan zal de rechter de vordering van de deurwaarder toewijzen en mag er bijvoorbeeld tot ontruiming van de woning of waterafsluiting worden overgegaan. En komt het een keer voor dat u of uw cliënt een dagvaarding heeft gemist en de zittingsdatum waartegen is gedagvaard voorbij is, dan is het mogelijk om in verzet te gaan tegen het verstekvonnis van de rechtbank. Wij kunnen u helpen om met een verzetdagvaarding de vordering opnieuw voor de rechter te brengen. In de verzetprocedure gaat de rechter alsnog inhoudelijk beoordelen of de vordering in de dagvaarding van de deurwaarder juist is. Vervelende gevolgen van het verstekvonnis, zoals beslaglegging, afsluiting van energie of dreigende ontruiming kunnen we veelal een halt toe roepen.
Aanvraag moratorium voor bewindvoerders
In geval van dreigende ontruiming of executie van een vonnis zoals beslaglegging door een deurwaarder, is het in spoedeisende gevallen mogelijk om bij bewindvoering op grond van artikel 287b Faillissementswet een moratorium aan te vragen. In principe kan de bewindvoerder dit zelf doen, maar als de bewindvoerder niet zelf een moratorium wil aanvragen voor een cliënt, dan kan Sociaal Verhaal een gratis advocaat inschakelen, als de cliënt tot de doelgroep van Sociaal Verhaal behoort.
Het moratorium wordt aangevraagd via een verzoekschrift voorlopige voorziening. Via dit invulformulier kan de bewindvoerder zelf het moratorium aanvragen. Het moratorium wordt aangevraagd als het minnelijke schuldhulptraject net is gestart door de bewindvoerder of de gemeentelijke kredietbank. Als het minnelijk schuldhulptraject nog gaande is en niet tot een aangeboden akkoord heeft geleid, dan eveneens. De rechtbank zal het verzoek tot een moratorium beoordelen op basis van de volgende criteria:
- Er is sprake van een bedreigende situatie die leidt tot ontruiming woning, afsluiting energie of water in de woning.
- De aard en omvang van de schuldvorderingen zijn goed gespecificeerd en deze zijn te goeder trouw ontstaan. Is dit niet het geval, dan moet er een toelichting dat de onderliggende oorzaken onder controle zijn en dat de schuldhulpverlener, bewindvoerder bezig is of start met een schuldregeling of schuldsanering. Hierbij rekening houden dat de stabilisatiefase niet wordt gezien als een onderdeel van het minnelijke traject.
- De schuldenaar tijdens het moratorium de lopende vaste lasten kan betalen.
Het moratorium ex artikel 287b Fw. kan alleen worden aangevraagd in geval van ontruiming woning of afsluiting water of energie in de woning en het moratorium kunt u niet aanvragen in andere spoedeisende situaties (zoals bijvoorbeeld gijzeling door het CJIB, beslaglegging inboedel of beslag op uitkering). In deze andere gevallen kan op grond van artikel 287 lid 4 Fw. een verzoek tot een voorlopige voorziening bij de rechtbank worden ingediend wanneer het minnelijke traject al (zo goed als) is beëindigd en het Wsnp-verzoek, waarvan de voorlopige voorziening ex artikel 287 lid 4 Fw., deel uitmaakt, is ingediend bij de rechtbank.
Inhoudelijke eisen verzoekschrift moratorium
- In het verzoek tot moratorium moet uitgebreid beschreven staan hoe de feitelijke situatie van de schuldenaar is op het moment van het verzoek. De bedreigende situatie op grond waarvan een voorlopige voorziening in de vorm van een moratorium noodzakelijk is, moet duidelijk in het verzoekschrift zijn omschreven.
- De schuldhulpverleningsinstantie of bewindvoerder moet de actuele stand van zaken van het schuldhulpverleningsproces in het verzoekschrift beschrijven.
- In het verzoek moet expliciet worden gevraagd om opheffing of opschorting van de dreigende situatie. Hierbij moet het belang van de schuldenaar worden afgezet tegen het belang van de schuldeiser.
- Het verzoekschrift moratorium dient het concrete verzoek te omvatten om de bedreigende situatie op te heffen. De rechtbank moet aan de hand van de bij het verzoekschrift gevoegde stukken kunnen vaststellen dat er sprake is van een bedreigende situatie en waar deze bedreigende situatie uit bestaat. Het is dus noodzakelijk om een ontruimingsvonnis, aanzegging afsluiting water, verwijdering energiemeters, beslaglegging, gijzeling of dagvaarding met het verzoek aan de rechtbank mee te sturen.
- De rechtbank moet uit de inhoud van het verzoekschrift en van de bijgevoegde stukken kunnen afleiden dat de bedreigende situatie niet op een andere manier kan worden voorkomen en hoe lang het moratorium moet duren. Hiervoor is het noodzakelijk dat aan de rechtbank inzicht wordt verschaft in het verloop van het minnelijke traject tot einde moratorium en daarbij een onderbouwde schatting van de resterende looptijd van dit minnelijke traject.
Verzoekschrift voorlopige voorziening bewindvoerders
Indien er zich na de indiening van het Wsnp-verzoek bij de rechtbank, of vlak voor de afronding van het schuldhulpverleningstraject, een dreigende situatie voordoet die de toelating of uitvoering van het Wsnp-traject kan frustreren, dan kan de bewindvoerder of schuldhulpverleningsinstantie op grond van artikel 287 lid 4 Faillissementswet een voorlopige voorziening aanvragen bij de insolventierechter. Bij dit verzoek moeten eveneens bewijsstukken worden bijgevoegd waaruit de dreiging blijkt. Er is volgens de rechtbank in het Wsnp-traject géén sprake van een dreigende situatie bij executieverkoop van een koopwoning (recht van parate executie of executoriale verkoop door beslaglegger). De executieverkoop van een koopwoning staat een Wsnp-regeling niet in de weg.
Tot slot is het voor bewindvoerders en schuldhulpverleningsinstanties mogelijk om op grond van artikel 287a Faillissementswet via een voorlopige voorziening bij de rechtbank een dwangakkoord af te dwingen bij de schuldeisers. Dit is zinvol wanneer er meerdere schuldeisers zijn en één of meer schuldeisers weigeren om akkoord te gaan met het voorgestelde aanbod in het minnelijke traject. Door middel van een verzoekschrift aan de rechtbank tot het opleggen van een dwangakkoord aan de onwillige schuldeisers, kan de bewindvoerder deze schuldeisers dwingen in te stemmen met het eerder gedane minnelijk voorstel. Er moet dan wel een reëel uitzicht zijn op een schuldregeling. Een kopie van de crediteurenlijst dient met het verzoek tot een dwangakkoord aan de rechtbank te worden gestuurd. Het aanbieden van een dwangakkoord met slechts één schuldeiser is niet mogelijk. Ook in dit geval geldt dat als de bewindvoerder of de schuldhulpverlener niet zelf een verzoekschrift voor een dwangakkoord bij de rechtbank wil indienen, Sociaal Verhaal daarvoor een advocaat beschikbaar kan stellen.